Vandaag
een fuut;
je hebt er mooi
het raden naar.
De → kyowatori is een boeiende haikuvorm om iets over jezelf of hoe je je op het moment voelt te vertellen zonder het expliciet te zeggen. En net dat is zo typisch voor haiku: je suggereert het. Die suggestie kun je in een kyowatori meer of minder expliciet maken. Of de lezer de suggestie dan wel of niet goed begrijpt en vat, hangt vaak ook af van de kennis die hij over de vogel heeft. Het is namelijk die vogel en zijn manier van zijn die de suggestie deels moet overbrengen. Het zit als het ware in de vogel. Een kyowatori is dus poëzie en natuurkennis tegelijk.
Neem nu deze kyowatori over de fuut. Waar heb je dan wel het raden naar? Het is in dit geval dus een vrij vage suggestie. Tenzij je de fuut kent en weet dat hij, drijvend op de plas, plots en geheel onverwacht helemaal kan onderduiken (in tegenstelling tot een eend die altijd met haar kont boven blijft) en na een poosje (je weet echt niet wanneer) elders (je weet echt niet waar) weer boven komt. Eenmaal ondergedoken heb je er dus het raden naar wanneer en waar je hem weer zult zien. Op die manier gelezen is de kyowatori al niet meer zo vaag. Ook het woord mooi in deze kyowatori is interessant en dubbel van betekenis: de fuut is een mooie vogel. Je hebt dus het raden naar iets moois dat weer boven water komt. In de andere betekenis is het eerder iets als: de fuut is een eigenzinnige vogel. Híj bepaalt wel wanneer en waar hij zich weer laat zien. En daar sta jij dan mooi. Zoiets. Zo ongeveer.
Je maakt een kyowatori dus zo cryptisch als je zelf wilt. Of juister gezegd: zo cryptisch als de vogel toelaat.