Eén haiku, verschillende verhalen. Het is een van die wonderlijke aspecten van haiku, dat kleine gedicht dat je groot kunt lezen, veel groter dan het vaak lijkt. Nog een voorbeeld:
¶
Tussen de rozen,
zijn nieuwe oranje bal.
Wachten op moeder.
Naast het plaatje, het schilderijtje, is in deze haiku ook de mogelijkheid voor verschillende verhalen interessant. Daar zorgt de tweede, vrij neutrale notie voor: Wachten op moeder. Doordat er in de haiku geen rechtstreeks of causaal verband is met de eerste notie (de bal tussen de rozen), dringt zich op zachte wijze meteen de vraag op: waarom moet hij op moeder wachten? Van jouw antwoord als lezer hangt dan het verhaal af.
Wacht de jongen omdat hij niet zelf zijn bal uit de rozen durft te halen omdat ze zo prikken? Of heeft moeder hem duidelijk en met dwingende stem gezegd dat hij nooit, nóóit tussen de rozen mag komen, uit schrik dat de met zoveel liefde verzorgde bloemen beschadigd zullen geraken? En speelt in jouw verhaal ook nieuwe een rol?
En kijk, meteen beïnvloedt het soort verhaal nu misschien ook je beeld van de tuin. Zie je een groot gazon met veel gras en slechts één rozenstruik? Of gaat het om een rozentuin met slechts hier en daar een perkje gras?
Tot slot nog dit: ik laat in het midden welke kleur de rozen hebben. Zo kun je zelf je kleurenpalet samenstellen: witte rozen in het groene gras met een oranje bal ertussen? Gele misschien? Of toch maar rode rozen met een vloekende oranje vlek erin? Zo wordt nogmaals bewezen: de dichter schrijft en jij máákt de haiku.