Mijn schets op het blad
wordt mooier met de uren.
Zomer, valavond.
Wat een haiku voor jou betekent hangt vaak af van je allereerste indruk, je allereerste lezing. En het kan best zijn dat die anders was geweest indien je de haiku een dag later had gelezen. Of op een ander tijdstip van de dag. Of na een bepaalde gebeurtenis of emotie.
Voor wie wil, zijn meerdere lezingen van deze ene haiku mogelijk, al naargelang je op een van de elementen de nadruk legt of die op een bepaalde manier interpreteert. Zo kun je je de vraag stellen waarom de schets mooier wordt met de uren? Is het omdat bij valavond het licht anders wordt en de schets daardoor ook een ander elan krijgt? Door invallend zonlicht? Door het schemeren, waardoor lijnen vervagen, het geheel obscuur wordt?
Of speelt hier iets anders mee, opgeroepen door de derde regel? Zomer, valavond. Roept dit misschien het beeld op van een mooie zomeravond en de dichter die aan een tafel op het terras zit, wat tekent en daarbij ook een lekkere fles wijn kraakt? En naarmate de uren en vooral de fles verstrijken, het licht en de geest vertroebelen, vindt hij zijn krabbels steeds mooier. De ontnuchtering volgt dan wellicht de dag erna.
→ VERTROUWD
En ook dit is nog een mogelijkheid: hoe langer je naar iets kijkt, hoe vertrouwder het wordt en hoe mooier je het soms vindt. En dat geldt niet alleen voor kijken, dat gaat evenzeer op voor andere zintuigen. Bekend is bijvoorbeeld een liedje: als je het de eerste keer hoort, vind je het maar niets. Maar als je het voor de honderdste keer hoort, zing je blij en vrolijk mee en vind je het toch een toffe hit. Ook met smaken heb je dat. Je moet het leren eten! zeggen de ouders dan.
Ik maakte ook nog een andere versie van deze haiku. Maar naar mijn gevoel is de eerste versie inhoudelijk een stuk interessanter en rijker. Ik zou nu verder nog de diverse elementen van beide haiku’s kunnen gaan mengen — versies, versies en versies! — en zo nog meer variaties maken.
¶
De prent aan mijn muur
wordt mooier met de uren.
En de schemering.