De liefde

Op de nok van het dak ging een duif van de grond en iemand vroeg mij: En hoe zit dat nu met haiku en de liefde? Ik antwoordde: Je moet hem of haar én de haiku graag zien!

door Geert De Kockere

Haiku is niet zozeer de poëzie van de gevoelens. In een haiku worden geen gevoelens als boosheid, angst of liefde beschreven. Haiku registreert vooral iets, beschrijft het redelijk objectief, maar wel zodanig dat je er als lezer iets kunt bij voelen. De dichter plaatst het in een bepaald perspectief en suggereert daarbij soms een gevoel. Van ver. Het is de lezer die er het gevoel tijdens het lezen moet in vinden en aan toevoegen.

Een haiku over de liefde is dus niet zo evident. Omdat liefde op zich een abstract gegeven is. Net als boosheid of angst. Je kunt boosheid of liefde niet zien. Je kunt het hoogstens afleiden uit bepaalde gedragingen, signalen, uitingen. Maar net dat maakt dat je liefde (of een ander gevoel) door een haiku wel kunt suggereren. Door die gedragingen, die signalen, die uitingen te beschrijven. En wel zodanig dat de lezer er liefde of boosheid kan in zien, zelf in lezen.

VERMOEDEN

Een haiku die direct over de liefde gaat, is dus moeilijker, zal doorgaans geen haiku of een flauwe haiku zijn. Omdat een haiku geen gevoel beschrijft, slechts een gevoel doet vermoeden. Maar het kán dus wel. Of het ook lukt, hangt grotendeels van de dichter en zijn talent af, maar ook grotendeels van de lezer. Van zijn vermogen om de haiku dieper te lezen en het gesuggereerde gevoel te vinden en zo mogelijk te versterken tot een eigen verhaal. De dichter moet er met andere woorden in slagen om naar de liefde te wijzen zonder er rechtstreeks over te schrijven en de lezer moet in staat zijn om te kijken, te voelen naar wat de dichter nu écht wijst. Maar net dat maakt de schoonheid van de haiku.

Tot slot twee voorbeelden van hoe het kan, hoe een haiku verliefdheid heel subtiel, maar toch sterk kan suggereren. Het zijn haiku’s van Yosa Buson.

Voorjaarsregen —
samen in de reiswagen;
jouw zacht gefluister.

Geluk in de zon —
de waaier van mijn liefste
is smetteloos wit.

Buson gebruikt hier een paar beelden of zintuiglijke prikkels om subtiel aan te geven hoe graag hij zijn geliefde ziet. In de eerste haiku duidt het woord samen op de relatie en geeft het zacht gefluister weer dat er sprake is van een liefdevolle relatie. Ook de frisse voorjaarsregen kan wijzen op een beloftevolle en vruchtbare toekomst.

In de tweede haiku is het vooral dat smetteloos witte beeld dat eruit springt en als een soort vreugdekreet van de dichter kan gelezen worden: alles is nieuw, alles is nog mogelijk. En die witte waaier geeft zijn geliefde extra schoonheid. Ja, zo verliefd is Buson!